Eind 2018 verschijnt mijn tweede plaat ‘Ego’. Dit Nederlandstalig muziekalbum is geproduced door Robin Aerts (Producer Ploegsteert, Het Zesde Metaal).
Een plaat uitbrengen is altijd een beetje hoogmoed. Er komen dagelijks zoveel platen uit. Waarom zou je daar nog eentje aan toevoegen. Maar als maker kan je niet anders. Het is iets wat je moet doen. Je hebt dus wel een zeker ‘ego’ nodig om iets te creëren en om daarmee naar buiten te treden.
De plaat is tot stand gekomen in samenwerking met Geert Hellings (Gitaar), Nicolas Rombouts (Bas), Maarten Moesen (Drum) en Sarah Budts (Zang). Om een soort live gevoel en organische dynamiek te creëren zijn alle instrumenten gezamenlijk opgenomen, met zo weinig mogelijk extra overdubs. Dit gebeurde in de thuisstudio van Nicolas Rombouts. Het doel was om popalbum te maken dat tegelijkertijd opgewekt en melancholisch aanvoelt.
De plaat en single verschijnen op 16 november 2018 op Spotify, Apple Music, Deezer, enz. De plaat komt ook uit op gelimiteerd vinyl met voor elk vinylexemplaar een op maat gemaakte hoes.
Eigenlijk heeft vooral de typografie van het hoesontwerp de titel van de plaat bepaald. Digitaal zie je een platenhoes immers meestal in een postzegelformaat. Gezien het ontwerp ook overeind moest blijven in een miniatuurversie is gekozen voor een heel kort en krachtig woord. Omdat de producer vond dat de plaat vloeiend en bijna egoloos tot stand was gekomen, is nog geprobeerd om met andere woorden en lettertypes een albumhoes te ontwerpen. Maar uiteindelijk voelde het eerste ontwerp met ‘Ego’ het beste aan.
Songs op de plaat ‘Ego’:
- ‘Waas’ is het allereerste nummer dat ik in het Nederlands geschreven heb. Waar vroeger mijn songs tot stand kwamen op basis van akkoordenprogressies, bouwt dit nummer voort op de zangmelodie. Op vlak van instrumentatie is de song redelijk kaal. Een fingerpicking gitaar en een subtiele baslijn vormen de kern van de song. Pas na een tijdje valt een jazzy kwastjesdrum in. De tekst is relatief donker, maar door het melodieuze karakter krijgt het nummer toch iets van een popsong.
- ‘Barricaden’ is een subtiele poging tot een politieke song. In dit nummer vraag ik me af of ik tijdig zou doorhebben en ingrijpen als we langzaam naar een soort dictatuur zouden afglijden. Zou ik dan op de barricaden staan of zou ik blijven hopen dat het vanzelf betert? De song begint redelijk kalm, en barst pas op het einde echt open.
- ‘Onbereikbaar’ heeft wellicht het hoogste popgehalte op de plaat. Het nummer gaat over de vraag of je dromen wel moet realiseren. Dagdromen kan soms leuker zijn dan de effectieve realisatie van de droom zelf. En als je een droom eenmaal gerealiseerd hebt, komt er meestal onmiddellijk een nieuwe aan waardoor je al snel niet meer (na)geniet van het realiseren van de vorige droom.
- ‘Fragiel’ is het eerste wals-nummer op de plaat. De tekst is ontstaan na het lezen van het boek ‘Ontferm u’ van Wannes Cappelle. Dit boek gaat over een man die verstrikt raakt in zijn leugens. Tot hij op een bepaald moment niet meer kan leven met zijn schuldgevoel en alles opbiecht. Maar in plaats dat anderen blij zijn dat ze eindelijk de waarheid kennen, maakt de waarheid alles wat nog over blijft stuk. De song is dus eigenlijk een samenvatting van dit boek in één liedtekst.
- ‘Uitweg’ is het meest stevige en up tempo nummer op de plaat. De tekst gaat over jaloezie. Kan je iemand iets oprecht gunnen en tegelijk toch jaloers zijn?
- ‘Samen alleen’ is het tweede wals-nummer op de plaat. Oorspronkelijk had het nummer geen echt refrein. Samen met Robin is geprobeerd om van een strofe toch een soort refrein te maken. Tekstueel is het wellicht het meest poëtische nummer op de plaat. Je kan erin lezen wat je zelf wilt. Het kan gaan over je alleen voelen in groep, in een relatie, enz.
- ‘Weeral ik’ is het meest atypische nummer op de plaat. Aan de meeste songs is lang gezwoegd en gewerkt. Dit nummer schreef zichzelf als het ware op vijf minuten. Samen met producer Robin Aerts is beslist om de song in al zijn eenvoud te behouden. Het nummer lijkt heel persoonlijk omdat het gaat over graag zien en afscheid, maar eigenlijk was het de bedoeling om een song te schrijven waarin iedereen zich kon herkennen.
In 2016 verscheen mijn eerste plaat ‘Songs for the bookshelf’. Over deze plaat schreef Humo: “Het is de taak van een recensent om niet altijd te vallen voor artiesten die roepen en bluffen, maar soms ook voor iemand die fluistert. Aanbevolen voor wie zijn muziek graag subtiel heeft en nog een soundtrack zoekt bij zwoele lentedagen”. Dit album is uitgebracht in een geïllustreerd boek. De plaat zelf is gemixt door John Wood, die in het verleden platen van Nick Drake, John Martyn en Sandy Denny opgenomen, gemixt en geproduced heeft. Voor dit album heb ik samen gewerkt met Michiel Van Damme, Nils De Caster, Yves Meersschaert en Lies Poignie als muzikanten en Kevin Vanwonterghem als illustrator.
Ik werk sinds augustus 2018 als adviseur Integratie en Inburgering bij het Agentschap Binnenlands Bestuur. Met het Vlaams integratie- en inburgeringsbeleid ondersteunen we anderstalige nieuwkomers o.a. bij het leren van Nederlands, het geven van inzichten rond leren en werken in Vlaanderen, het toeleiden naar een gepaste school, kinderopvang, woning, opleiding of werk, enz. Het doel is om mensen, ongeacht herkomst of achtergrond, gelijke kansen te bieden en drempels weg te werken.